14 augustus 2012

Frankrijk etappe 1: Zomerskiën in Les Deux Alpes

We zijn er geraakt! Net geen duizend kilometer meer op de teller, maar er staan er nog veel aan te komen. Onze eerste stop: Les Deux Alpes. Want Cathy en ik zijn sneeuwfreaks, en dus wisten we niets beters te verzinnen dan een driedaagse uitstap naar de best beskibare gletsjer in Frankrijk. Het is 12 augustus vandaag, maar laat ik eerst maar eens wat vertellen over de weg die ons hierheen heeft gebracht.

10 augustus
Om stipt 17:00 sta ik met de wagen klaar op de parking van Cathy's werk. Het is een zwoele namiddag, de zomer gaat zich te buiten aan (eindelijk) prachtig tropisch weer, en heel Gent werkt zich de pleuris om toch maar zo veel mogelijk daarvan mee te pikken. We laveren ons tussen files en opstoppingen door naar de ring, weten de E40 te localiseren en suizen al snel naar het oosten, op naar GH Luxemburg en een prachtexemplaar van vakantie. 

op naar het land dat Vakantie heet!
 

We zijn nog niet goed vertrokken of er rinkelt al een telefoon: mijn ouders, of we geen zin hebben samen te dineren. Zij zijn immers ook net op reis vertrokken, naar Duitsland, en moeten dus een stuk dezelfde richting uit. We treffen elkaar in een baanrestaurant in de schemerige uiterwaarden van de dag in een land dat lijkt op het onze, en zich ter herstelbetaling dan maar naar onze zuidelijkste provincie heeft genoemd. Na een laat diner nemen we afscheid, en buigen we definitief naar het zuiden af. Terwijl de nacht valt, stomen we over de Franse snelwegen naar de vrijheid. Laat op de avond, lang nadat de zon er de brui aan heeft gegeven, houden we halt in een Formule 1-hotel in Nancy. 

11 augustus
De volgende ochtend staan we vroeg op, en maken eerst van de gelegenheid gebruik om het stadje wat te verkennen. We kopen stokbrood en koffiekoeken, en installeren ons met die laatste op het prachtige marktplein van Nancy. Een plein dat wel zes toegangen heeft, die allemaal voorzien zijn van een zwart-met-gulden poort. Prachtig! We drinken nog relax iets op een terrasje, en trekken daarna verder zuidwaarts, op naar de Alpen. 
Iets na de middag houden we halt, zomaar ergens langs de snelweg, en rijden het achterland in. In een supermarktje speciaal voor landbouwproducten kopen we ons een flinke kaas en wat fruit, in de Aldi om de hoek wat cola en bruiswater, en daarna tuffen we gezapig verder, steeds dieper de landweggetjes in, tot we een prachtig plekje vinden in the middle of nowhere waar we ons op een stenen bruggetje installeren met stokbrood, kaas, fruit en drank - non-alcoholisch wel te verstaan, we moeten nog rijden. Wanneer de lunch erop zit, trekken we meteen weer verder, met onze nobele vriend de gps die ons de weg wijst terug naar de snelweg.

een picknick in de velden

We komen in Les Deux Alpes aan rond 17:00, mooi op tijd dus voor een douche in het hotel en een heerlijk diner. Dat laatste blijkt pas te beginnen om 19:30, en heeft nogal wat eigenaardigheden. De garçon is een knulletje van amper achttien lentes, een klein, mager, gedistingeerd heertje met duidelijk verwijfde trekjes. Zijn waardige manier van doen brengt ons al snel in een lachstuip. Wanneer we laat die avond naar onze slaapkamer gaan, vallen we al snel doodmoe in slaap.

de poort van de hemel - of toch voor de komende drie dagen

a room with a view

12 augustus
Om 6:30 begint de wekker als een bezetene te rammelen. Reden: de liften op de gletsjer openen al om 7:15. Helaas kunnen we pas ontbijt krijgen vanaf 7:00, maar niet getreurd, wij zo vroeg als mogelijk op pad. We schrokken ons ontbijt binnen, rijden naar het centrum en stappen daar de eerste de beste sportzaak binnen om ons materiaal te huren. Vijf minuten en een zeer vriendelijke bediening later stappen we met een snowboard, bijpassende schoenen, twee ski's, twee stokken en twee skischoenen naar buiten. We kleden ons om op de parking (beeld je de blikken van vroege toeristen in) en hobbelen op de ongemakkelijke schoenen en mét het materiaal op de schouder naar het zaakje waar je skipassen kan kopen. Daarna huppen we snel de Jandri Express op, de cabinelift die ons gauwgauw naar de pistes brengt.
Gauwgauw is een relatief begrip. De kabelbaan doet er maar liefst een kwartier over om ons tot bij de 1500 meter hoger gelegen voet van de gletsjer te brengen. Een gek soort sleeplift brengt ons nog eens 500 meter hoger, tot we op de top, op maar liefst 3600 meter, over de hele Alpen uit kunnen kijken. Zelfs de Mont Blanc, pakweg 100 km verderop, is goed zichtbaar.

zicht op de gletsjer van op het terras
Skiën (of snowboarden) op een gletsjer is een aparte ervaring. Belangrijk om weten is: een gletsjer is een dikke sjarel, die volledig uit ijs bestaat. Er ligt misschien wel een strooiseltje sneeuw op, maar dat is knap dun in het heetst van de zomer. Hier skiën vergt dus wel enige oplettendheid. Het skigebied is niet erg groot, maar er zijn ramps en halfpipes en meer van dat leuks voor de durvers. Wij zijn geen durvers, dus snorren we gewoon de hellingen af, zoevend tussen liften en ijsplekken door, met een kick ter grootte van een berg in de buik. En dat op zo'n hoogte, je zou van minder vrolijk worden!
Aangezien de zomerzon niet zo'n feestelijke dingen doet met sneeuw, worden de pisten 's zomers al om 13:00 gesloten. Maar dat deert niet, want tegen die tijd zijn we al flink moe van onze sportieve arbeid! We nemen de lift weer naar beneden, eten een slaatje (lees: een gust van een salade!) in het dorp "beneden" (nog steeds op zo'n 1600 meter hoogte) en trekken er daarna met de wagen op uit naar lagere regionen. Langsheen een prachtige weg vol haarspeldbochten vinden we een kapelletje dat op een rotspunt staat, uitkijkend over de peilloze diepte. We parkeren onze wagen en installeren ons met de rug tegen het kapelletje, het smoelwerk in de zon en een goed boek op schoot. Zo zien we de namiddag zalig verglijden. Het moet niet altijd actie zijn!

uitzicht vanop ons leesplekkje

Wanneer we die avond opnieuw proper gewassen op het appèl verschijnen in het restaurant, is onze ober vervangen door een nog veel hilarischer exemplaar. Terwijl de vorige ons met ietwat vrouwelijke professionaliteit bediende, worden we nu vergast op een prachtvoorbeeld van hoe het niet moet. Hij stamelt en bazelt wanneer hij onze bestelling komt opnemen, weet ons te vertellen dat de gevraagde wijn er niet is maar slaagt in een zweetbui als we een suggestie vragen (hij moet er uiteindelijk zelfs voor naar de keuken lopen), komt dan terug met de suggestie, doet er eindeloos lang over om het flesje wijn open te doen, en weet als klap op de vuurpijl even later zelfs niet hoe hij een kroonkurk van de fles bruiswater moet krijgen. Borden op zijn arm stapelen leidt tot dolkomische taferelen, en de bediening gaat gepaard met veel "mes excuses" en "oh pardon". En al die tijd wij maar proberen niet te lachen...

13 augustus

Jomjomjom... Alweer lekker geslapen vannacht! Rustig ontbeten en vervolgens in de auto gestapt, op naar het dorp "beneden" (nog steeds op zo'n 1650 meter hoogte) waar we de vorige middag onze skispullen hadden achtergelaten. Ons opnieuw omgekleed op straat en de lift opgestapt. Ook nu weer de hele voormiddag als kleine kindjes op de sneeuw gespeeld, om pas wanneer het echt moest weer af te dalen.

bovenaan de grootste piste


Een gletsjer is een gigantische ijsklomp, zei ik al. Je kan erop skiën, maar je kan er dus ook grotten in uitgraven. En dat is precies wat die rakkers in Les Deux Alpes hebben gedaan. Tussen de bedrijven door bezoelen we zo'n grot, die dwars onder de pistes doorloopt zonder dat je er ook maar iets van merkt.

ijsmammoet

niet te hard lopen, of je krijgt dit!

vingers in de neus

een gang diep onder het ijs

Deze middag eten we geen slaatje, maar gaan we langs de supermarkt om brood, kaas en fruit. Daarop dalen we de eindeloze slingerwegen af tot bij het stuwmeer langs de weg naar Briancon, waar we ons opnieuw installere op een plekje gras met onze picknick en een goed boek. Leven als God in Frankrijk.



Als we die namiddag terug in Les Deux Alpes aankomen, is het nog vroeg genoeg voor een zotte activiteit. Onze skipas geeft ons toegang tot alle werkende liften, en dat is niet alleen de lange naar de gletsjer, maar ook een korter exemplaar dat ons tot bij een rodelpiste brengt. Sleetjes inclusief. Heb je ooit gerodeld? Zeker eens doen als je de kans hebt, het heeft wat van een glijbaan, maar dan gigangisch veel sneller én je hebt een rem! Als we even later met rammelen de tanden weer op de grond staan, kiezen we een rustig terrasje bij het zwembad. Het is stralend weer, de thermometer piekt tot voorbij de 30°C. Links ligt een put onder een opgespannen zeil, met een bodem die glinstert als kristal. Wanneer even later een bende dik ingeduffelde kwibussen met schaatsen op komen gewerveld en zich een ijshockeymatch ontplooit, beseffen we dat we alweer getuige zijn van iets ronduit decadents. IJshockey in openlucht? In hartje zomer? Het zijn de Russen tegen de Duitsers, en uiteraard stemt Cathy voor die laatste. Het zijn de Russen die winnen, maar dat kan de pret niet drukken.

ijshockey kijken bij 30°C

een versnapering tussendoor

het gaat er bij momenten knap wild aan toe!

We gaan terug naar ons hotel en kruipen in de douche, klaar om opnieuw onthaald te worden op een geweldig vertoon van oberschap. Helaas is het vanavond weer het verwijfde, professioneel doende mannetje. Je kan niet altijd geluk hebben. Hetzelfde geldt trouwens voor de rest van die avond. Met de ronkende aankondigingen over de Perseïden in het achterhoofd zoeken we ons in de invallende duisternis een plekje ver van alle bewoning, gericht op het noordoosten zodat we optimaal zaten voor het spektakel. Maar helaas, driewerf helaas staat er die avond toch wel bewolking op het programma zeker! Het gevolg is een hemel die bijna volledig sterloos is, met een rossige schijn door de straatverlichting in de dorpjes rondom. Nog steeds een prachtige nacht, maar voor meteorietenkijkers nutteloos. Even later komen de sterren alsnog tevoorschijn gepiept, maar geeneen die het aandurft te vallen. Aangezien het nu ook weer niet meer zó vroeg is, en we morgen weer op de latten moeten, keren we met een prachtige sterrenhemel boven de bergen terug naar het hotel.

foto's volgen nog!!



14 augustus
Vandaag begint de laatste dag van ons Alpenavontuur! Na ons ontbijt beginnen met het inpakken, en vervolgens rijden we met een opnieuw volgepropte auto naar de lift. We gaan voor de laatste maal ons skimateriaal halen bij de Intersport, en nemen voor de laatste maal de lift naar de gletsjer. Deze keer verkennen we de "linkerkant" (als je naar boven kijkt). Veel minder volk daar, maar al snel wordt duidelijk waarom: de pistes liggen er bij momenten vreselijk verijsd bij. Toch slaag ik erin een uurtje later op mijn gezicht te gaan op een plek waar de sneeuw wél weelderig diep en stuivig ligt. Met een doodssmak kom ik op mijn hoofd terecht. Gelukkig dragen Cat en ik al een tijd een helm bij het skiën, zodat de klap opgevangen wordt door het hardschuim. Mijn nek krijgt wél een knauw, maar daar blijft het gelukkig bij. Ik besef hef nog niet op moment dat ik mijn losgeschoten ski weer probeer aan te doen, maar het zal nog dagen duren eer ik in lighouding mijn hoofd weer zonder hulp van mijn handen op kan heffen. Erg leuk als je op het strand ligt.

ramps in alle maten - voor de durvers!

Het strand? hoor ik je denken. Jawel, dat is onze volgende stop! Als we die middag onze spullen hebben afgegeven en een laatste maal in Les Deux Alpes hebben geluncht, trekken we definitief naar het zuiden. Klaar voor de weelderige zuiderse geneugten van de Côte d'Azur. Helaas is onze gps nogal een grapjurk, zodat we dwars over een obscuur colletje gestuurd worden: Col d'Ornon. Stel je daarbij nauwe slingerwegjes, peilloze afgronden, duizelingwekkende haarspeldbochten en wankele bruggetjes voor, en je krijgt een idee. Blijkbaar berekent de gps de snelste route op basis van de maximaal toegelaten snelheid, maar hoewel je op veel van die waanzinweggetjes officieel 90 per uur mag, is er natuurlijk geen hond die dat in zijn hoofd haalt.



uitzichten onderweg

Om zes uur 's avonds komen we in Aix-en-Provence aan, het perfecte moment om ons dappere stalen ros even te stallen en op zoek te gaan naar een plekje om te eten. We slenteren wat rond en genieten van het levendige sfeertje, vinden een aangenaam terrasje waar we zowaar verkoeld worden met verneveld water, en trekken rond een uur of acht weer verder. Ditmaal niet langer naar het zuiden maar oostwaarts, op naar de mondaine kant van de Côte d'Azur: mijn eega wil immers wel eens Cannes, Nice of Monaco zien. We stellen de gps in op "geen tolwegen", zodat we onderweg naar een charmante overnachtingsplek kunnen zoeken. Die vinden we na wat rondgerijd in Saint-Maximin-La-Sainte-Baume, een stadje met de zuiderse flair van een badstad maar zonder het water. De hotelkamer blijkt van een rustieke schoonheid te zijn: een balkenplafond, in verschillende pasteltinten blauw geschilderde muren, een bed met nog een echte springverenmatras en prachtige kastjes met houtsnijwerk, gedecoreerd in geel, groen en blauw. En ondanks dat rustieke karakter is het hotel toch van alle moderne zaken voorzien, van airco tot wifi. Rustieke degelijkheid, zalig!

panoramabeeld van de kamer